- 50 gr roggemeel
- 450 gr witte tarwebloem
- 175 gr zuurdesem (zie recept elders op deze site)
- ca. 3 1/2 dl water
- 10-15 gr zout (2-3 theelepels)
Doe alle ingrediënten behalve het zout in een grote kom en meng gedurende 5 minuten met de hand grondig door. Het mengsel is tamelijk vochtig, maar als het echt niet lukt (als het meeste aan je vingers blijft plakken) voeg dan wat extra bloem toe en gebruik de volgende keer minder water.
Laat alles 5 minuten rusten en doe dan het zout erbij. Meng nog 5
tot 10 minuten op een licht met bloem bestoven werkvlak totdat een
gladde en soepele deegbal is ontstaan.
Vet de deegkom in met wat olie en leg de bal terug in de kom. Dek de
kom losjes af, zodat er nog wel wat lucht bij kan, en laat het deeg 3
tot 4 uur rusten.
Sla het deeg met zachte hand een keer dubbel en laat het dan nog een uur staan.
Haal het deeg uit de kom en geef er voorzichtig de vorm van een
brood aan door het dubbel te klappen en om te keren. Laat 10 minuten
rusten.
Corrigeer de vorm, stuif er bloem over en leg het deeg in een mandje
met een middellijn van ca. 25 cm, dat van tevoren is bekleed met een
royaal met bloem bestoven theedoek. Wrijf de bloem goed in de doek en
doe hem niet in de was voor de volgende keer. Als er niet genoeg bloem
op zit, blijft het deeg aan de doek kleven als je het eruit wilt halen.
Nu kun je twee dingen doen. Je laat het deeg een halfuur rusten en
zet het vervolgens een hele nacht in de koelkast. Haal het mandje er een
uur voordat je het brood wilt bakken uit, zodat het deeg weer op
kamertemperatuur kan komen.
Of: Je laat het deeg 3 uur rijzen in het mandje. Keer dan het mandje
om, bij voorkeur op een goed voorverwarmde pizzasteen. Kerf de
bovenkant van het deeg met een vlijmscherp mes of een scheermesje een
paar keer in zodat de lucht kan ontsnappen.
Bak het brood 20 minuten op 250°C en nog eens 10 minuten op 200°C.
Sproei, op het moment dat het brood de oven in gaat, met een spuitfles
water op de ovenwanden en doe dan de deur snel dicht. Door de stoom
wordt de korst knapperig.
Het brood is klaar als het nootbruin van kleur is. Het hoort hol te klinken als je op de onderkant klopt.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten