- 1 zakje gekookte wijnzuurkool (250 gr)
- 1 kleine appel
- 1 laurierblaadjes
- 1 ui
- 50 gr boter
- 1/2 pot vleesfond (á 380 ml)
- 3 jeneverbessen
- 4 plakken casselerrib (à ca. 1/2 cm dik)
- 4 knakworstjes
- 1 zakje minikrieltjes (450 gr)
In vergiet zuurkool laten uitlekken.
Appel schillen en in kleine
blokjes snijden.
Laurierblaadje in grove stukken scheuren.
Ui pellen en
fijn snipperen.
In een braadpan 25 gr boter verhitten. Ui ca. 3 minuten zachtjes
bakken. Zuurkool toevoegen en ca. 3 minuten al omscheppend meebakken. Appel, fond, jeneverbessen en laurierblad toevoegen.
Casselerrib plakjes en worstjes er bovenop leggen. Zuurkool ca. 15 à 20
minuten afgedekt zachtjes laten stoven.
Intussen in andere pan krielaardappeltjes in weinig water in ca. 12 à
15 minuten gaarkoken. Afgieten en rest van boter erdoor mengen.
Zuurkool op schaal scheppen en de krielaardappeltjes eromheen leggen.
Voor 4 personen maak ik dit recept als volgt:
Voor 4 personen maak ik dit recept als volgt:
De hoeveelheid
zuurkool en aardappelen verdubbel ik. Ik laat de worstjes weg en neem 4
wat dikkere plakken casselerrib. Verder neem ik gewone aardappelen en
maak daar met de boter een grove puree van en meng dit door de zuurkool.
Er zit verder genoeg vocht bij de zuurkool, zodat deze stamppot niet te
droog wordt.
De andere helft van de fond kan in een bakje in de vriezer en de volgende keer voor deze schotel gebruikt worden.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten